Elke regio in Italië heeft unieke wandelgebieden, maar niet elk stukje van de laars is geschikt voor een wandelvakantie. Vooral daar waar bergen zijn en in de nationale parken nodigt de natuur uit tot een passeggiata, wandelingetje. De meest bewandelde regio's liggen dan ook in Noord-Italië. Vraag eerst bij de plaatselijke VVV naar de wandelroutes in de buurt en/of bereid jezelf voor met (Nederlandse) wandelgidsen en kaarten.
De wandelvriendelijkste regioni van noord naar zuid zijn:
- Val d'Aosta
- Piemonte
- Friuli Venezia Giuglia (Dolomieten)
- Trentino Alto-Adige
- Liguria
- Toscana
- Umbria
- Abruzzo
- Sicilia
- Sardegna
Val d’Aosta
Val d’Aosta in het noordwesten van Italia behoort tot een van de mooiste wandelgebieden van de Alpen. Door de grote hoogteverschillen leent dit gebied zich met name goed voor intensieve wandelingen. In Aosta wandel je onder machtige vierduizenders zoals de Monte Bianco, de Matterhorn en de Monte Rosa, of betreedt je de historische paden van het Nationaal Park Gran Paradiso.
Piemonte
Ook al is Piemonte wat toerisme betreft nog relatief onontdekt, wandelaars weten deze regione op waarde te schatten. Hier wandel je over hoge, verlaten, bergpassen op de Frans–Italiaanse grens of in het Parco Nazionale del Gran Paradiso, het oudste nationale park van Italië. Tip: wandel eens naar de bron van Italia’s langste rivier Po aan de voet van de Monte Viso.
Friuli Venezia Giulia (Dolomieten)
In Friuli Venezia Giulia is er keuze te over aan wandelroutes. Vanzelfsprekend zorgen de Dolomieten voor fantastische passeggiate, maar in dit gebied bevinden zich ook nog eens twee nationale parken die werkelijk de moeite waard zijn: het Parco Naturale Regionale delle Dolomiti Friulane; waar je een uniek stukje natuur tegenkomt. En het Parco Regionale delle Prealpi Giulie waar de bergen en heuvels iets lager en de wandelingen dus wat minder intensief zijn. Prachtig om te wandelen zijn overigens ook de bergen rondom het Lago di Barcis bij Andreis en het Lago di Tramonti.
Trentino-Alto Adige
In Trentino kun je heerlijk wandelen in het Parco Nazionale di Stelvio of in een van de ontelbare andere natuurgebieden. Deze regione is leuk voor zowel fanatiekelingen, die bijvoorbeeld de Sentiero del Dürer of de Alta via delle Dolomiti lopen, alsook voor degenen die een kleine passeggiata in de natuur willen maken. Hier loop je over hoge bergen, of langs meren, rivieren, beekjes, bossen, bergweiden en wijngaarden. Dankzij de bescherming van de omringende bergen, heerst er in de dalen een bijna subtropisch klimaat.
Liguria
De regione Liguria is al bijzonder aantrekkelijk voor toeristen, maar heeft ook fanatieke wandelaars veel te bieden. In Liguria kun je bijvoorbeeld de Alta Via dei Monti Liguri bewandelen, onderdeel van de Sentiero Italia. Een andere optie is de Sentiero Azzurro, een van de meest bewandelde routes van Italia die langs de Ligurische kust van Monterosso naar Vernazza loopt. Deze sentiero verbindt de 5 dorpen van de Cinque Terre Monterosso al Mare, Vernazza, Corniglia, Manarola en Riomaggiore, en is dan ook dè manier om het parco nazionale in al zijn pracht en praal te bewonderen.
Tip
Als je Riomaggiore, het laatste dorp, als startpunt kiest, loop je de rest van de wandeling met je gezicht in de zon.
De route gaat over smalle paadjes en is overwegend vlak, maar sommige stukken gaan bergop en zijn behoorlijk vermoeiend. Vertrek je vanuit Riomaggiore, dan loop je het eerste gedeelte over brede paden en zul je ervaren dat het nogal druk is. Het mooiste gedeelte loopt van Corniglia naar Monterosso over smalle paden hoog boven de zee; je komt steeds minder wandelaars tegen en het is dus heerlijk rustig. Wie de hele route wil lopen, moet rekenen op een tocht van ongeveer 4 tot 5 uur. Je kunt natuurlijk ook 1 van de etappes lopen en vervolgens met het boemeltreintje teruggaan naar Monterosso.
De Sentiero Azzurro bestaat uit de volgende etappes:
-van Monterosso naar Vernazza, circa 2 uur
-van Vernazza naar Corniglia, circa 1,5 uur.
-van Corniglia naar Manarola, circa 1 uur
-van Manarola naar Riomaggiore, circa 30 minuten.
Toscana
De populaire regione Toscana trekt allerlei soorten toeristen, en dus ook wandelaars. De glooiende wijngebieden, met name de Chiantistreek ten zuiden van Firenze, zijn ideaal voor meer of minder intensieve wandeltochten. De vele smalle paadjes en wegen met weinig verkeer, leiden je door het schitterende landschap en bezorgen je onvergetelijke uitzichten.
In het noorden van de regione kun je heerlijk wandelen in de bergen van de Alpi Apuane en de Orecchiella. In het zuiden van de regione in de kustprovincie Maremma Volterra leent het nationale park Parco naturale della Maremma zich prima voor korte wandeltochten. Voor stevigere wandelingen ga je naar de voet van de Apennijnen. Hier maken de heuvels plaats voor bergen waardoor de tocht veel intensiever wordt.
Umbria
Umbria trekt als ‘groene hart van Italia’ veel natuurliefhebbers en zo ook wandelaars en andere buitensporters. Je vindt hier naast 8 regionale en nationale parken ook nog tal van andere beschermde natuurgebieden. In het hart van de regione bevindt zich bijvoorbeeld het Parco della Valnerina met de indrukwekende Cascata delle Marmore, de gigantische waterval midden in het park. Daarnaast zijn ook de hoogvlakten van de Piano Di Castelluccio,en het nabijgelegen Parco Nazionale dei Monti Sibillini in het oosten van de regione fantastische plekken om te wandelen.
Abruzzo
Het Parco Nazionale d'Abruzzo, Lazio e Molise is de trots van de regio Abruzzo. De uitgestrekte wouden van dit gebied zijn rijk aan unieke flora en fauna, hier leeft bijvoorbeeld de marsicano, het Italiaanse ras van de bruine beer, nog in de vrije natuur! Ook het gebied van het Nationaal Park van de Gran Sasso biedt talloze gemarkeerde wandelpaden. Niet te missen is hier de hoogvlakte Campo imperatore, waarvandaan je een fantastisch uitzicht over zee hebt.
Sicilia
Hoewel vooral cultuurliefhebbers getrokken worden door de Siciliaanse kunst en cultuur, is juist het heuvelachtige binnenland, en het natuurgebied rondom de Etna uitermate geschikt om te wandelen. Met name de Anapo-kloof in Siracusa is een echte aanrader. Vooral in het voorjaar, wanneer de temperaturen aangenaam en het eiland nog groen is, zijn de diverse regionale parken en natuurgebieden een ware trekpleister.
Sardegna
Sardegna staat bekend om zijn ongerepte natuur. Het toerisme viert in deze regione nog geen hoogtij, en daar plukken wandelaars nou juist de vruchten van. Hier wandel je bijvoorbeeld door het ongerepte en ruige Gennargentu-gebergte en het gelijknamige Parco Nazionale del Gennargentu. Dit is één van de mooiste gebieden op het eiland. Op je wandelingen kun je hier adelaars, gieren, wilde katten, en als je geluk hebt moeflons spotten. Ook de rotsachtige bergen in het Sopramonte gebied vormen een echte uitdaging voor fanatieke wandelaars.